Young Ones: een gesprek met Noortje

Jong Volk lanceerde eind augustus de elfde docu uit hun Young Ones-reeks. Dit keer staat Noortje Devriese centraal. Ze spreekt er openhartig over de duisternis in haar hoofd, die contrasteert met haar passie voor het kleurrijke Disney. Naar aanleiding van de aflevering spraken we met haar over de ervaring met geestelijke gezondheidszorg.

“Ik hou niet van mezelf, dat ben ik aan het leren.” Deze woorden concluderen de intro van de elfde ‘Young Ones’. Het is een documentaire waarmee Noortje niet alleen haar verhaal wil delen, maar ook andere mensen wil aanspreken. Vroeger wou ze zoals Demi Lovato zijn. Zoveel later beseft ze dat ze inderdaad op elkaar lijken, zij het niet op de manier waarop ze het verwachtte. Net als de zangeres leed ze aan boulimie en donkere gedachten.

Alarmbel van het lichaam

Die mentale gezondheidsproblemen bleken achteraf ook een teken van haar lichaam te zijn. Noortje heeft ADD. Daardoor is ze graag zeer actief bezig, wil ze onder de mensen zijn en is ze soms ook wel verstrooid. Op haar eenentwintigste kreeg ze daarnaast de diagnose van ASS. Autisme en ADD, het is een moeilijke combinatie met eigenschappen die recht tegenover elkaar staan. Daardoor kon ze in overdrive raken en zichzelf volledig uitputten. De gezondheidsproblemen en depressieve gedachten waren de finale alarmbel van haar lichaam. Toen dankzij de diagnose duidelijk werd waarom ze zo sukkelde met haar gezondheid, kon haar genezingsproces beginnen.

Revalidatie in Inghelburch

Na zeven maanden kon ze – eindelijk – bij een psychiater terecht. Daar merkte ze dat ze eigenlijk meer nodig had dan enkel psychiatrische begeleiding. Via haar peter, een autismetherapeut, kwam ze in contact met Inghelburch. Dat is een centrum voor psychische revalidatie in Brugge. Na een kennismakingsbezoek en rondleiding voelde ze dat dit de plaats voor haar was. Zo zette ze de stap naar vrijwillige opname in het centrum. Ze kreeg er niet enkel medische begeleiding van twee dokters en psychiaters, maar volgde ook veel creatieve sessies. In de ateliers voelde ze zich meteen thuis. Haar opname duurde een jaar.

Noortje bezocht Inghelburch samen met haar ouders. Ze merkte dat vooral haar vader het er lastig mee had. Volgens hem was er in eerste instantie niks mis met haar, ze was “gewoon Noor”. Achteraf voelden ze wel dat het de juiste beslissing was. Ondanks dat bleef het moeilijk om erover te praten met buitenstaanders. Mensen begonnen te vragen waar ze was en waarom ze niet meer werkte.

Noor 19

Ze was ook niet echt “ziek”, maar moest wel een jaar van een ziekte-uitkering leven. Zelfs nu, na meer dan een jaar, blijft het nog steeds moeilijk om er met buitenstaanders over te praten. Zeker niet als ze eens op reis ging met haar ouders of iets ging drinken met een paar mensen. “Je bent ziek, dus je kan zo’n dingen niet doen,” is een vooroordeel dat vaak terugkwam. Ook ongepaste grapjes – ook al was het echt gewoon als grap bedoeld – lieten vaak een slecht gevoel na. Dan moest ze zichzelf ervan overtuigen dat ze het verdient om er te zijn en om leuke dingen te mogen doen. Het blijft altijd werken aan jezelf.

Een passie voor Disney

Tegenover de donkere gedachten staat een passie die compleet het tegenovergestelde is: Disney en fantasiewerelden. Ze zegt zelf dat die er altijd al geweest is. Van jongs af aan wou ze – zoals het een klein meisje betaamt – heel graag prinses worden. Later kwam Harry Potter daar ook nog bij. Ze vindt comfort in die fantasiewerelden. Een bezoek aan Disneyland staat dan ook vaak op het programma. Dat heeft niet alleen met die passie te maken, want de Disneyparken zijn ook zeer autismevriendelijk ingericht. Dat zorgt ervoor dat ook Noor ten volle kan genieten van een pretparkbezoek zonder overprikkeld te raken.

Durven grenzen stellen

Noortje heeft vooral geleerd om haar grenzen te stellen. Als het niet gaat op haar werk of om te sporten, weet ze dat ze het niet mag forceren. Rust nemen om weer tot jezelf te komen, is belangrijk. Daarnaast vindt ze het ook belangrijk om te durven praten met mensen als het wat minder gaat. Wees eerlijk als iemand je vraagt hoe het gaat. Je mag het gerust eens zeggen als je een mindere dag hebt. Als je zelf accepteert dat het wat minder gaat, zet je al de eerste stap in het hulpproces.

Zit je zelf minder goed in je vel? In Brugge zijn er heel wat organisaties die een luisterend oor of concrete hulp bieden. Je vindt een overzicht via bruggenvoorjongeren.be.

Tekst: Arno De Groote. Foto's: Sarah Van Dale.
Uit BLVRD Magazine #42.

Uw browser wordt niet ondersteund, schakel over naar een andere voor een optimale ervaring.